Steeds meer bedrijven in de agrofoodsector raken ervan overtuigd dat ons voedselsysteem in transitie is en zoeken naar eigen handelingsperspectief hierin. Lectoraatgroep Future Food Systems van HAS Hogeschool ontwikkelt binnen het gesubsidieerde innovatieprogramma ‘Ruimte voor Landbouw- en Voedseltransitie’ een effectieve aanpak om ondernemers te helpen hun handelingsperspectief vorm te geven. Uniek is de aanpak vanaf het boerenerf, waarin ook belangenorganisaties en zakelijk dienstverleners een belangrijke rol spelen.
‘Ruimte voor Landbouw- en Voedseltransitie’ startte 5 jaar geleden met een project waarin samenwerkingspartners HAS Hogeschool, Rabobank, Flynth, ZLTO, Waarden van het Land en het ministerie van LNV zich bogen over de vraag hoe ziet de toekomst van ons voedselsysteem eruit ziet en wat dit betekent voor het handelingsperspectief van ondernemers. “De noodzaak van de voedseltransitie wordt door veel van hen inmiddels erkend en zij willen er graag mee aan de slag”, vertelt programmamanager Coen van Ruiten van HAS Hogeschool. Hij voerde het programma samen met lector PJ Beers en onderzoeker Myrthe Maurice uit. “Zij missen echter vaak een doorbraak om hun plannen daadwerkelijk te kunnen realiseren. Binnen het project ontwikkelden we een werkwijze om dit voor elkaar te krijgen.”
Hoe ziet het voedselsysteem er in 2050 uit?
Hij vervolgt: “Om een beeld te krijgen van de toekomst van ons voedselsysteem hielden we verschillende denksessies waarin we brainstormden over hoe de wereld er in 2050 uit zou kunnen zien. Toen onze ideeën op papier stonden, gingen we terugredeneren van 2050 naar 2030 naar nu en dit resulteerde in 3 realistische scenario’s die laten zien in welke richting het voedselsysteem zich de komende jaren kan gaan ontwikkelen: de All Inclusive Social Farm (sociaal toekomstbeeld waarin lokale ketens centraal staan), Deltastad NL (internationaal beeld, hightech, met wereldwijde sourcing en export) en Personalized Food (beeld waarin geredeneerd wordt vanuit de consument en zijn behoeftes).”
Scenario’s en hun invloed op het handelen van bedrijven
“Daarna brachten we met behulp van deze scenario’s obstakels en kansen in kaart om toe te werken naar het handelingsperspectief van bedrijven en hoe organisaties uit bijvoorbeeld de zakelijke dienstverlening, toelevering, of publieke partijen hen kunnen ondersteunen. Vervolgens zochten we hier praktijkcases bij. Bij elke case stelden we de ondernemer de vraag: noem 2 partijen die je nodig hebt om de omslag die je wilt maken door te kunnen zetten. Waar droom je van, wie helpt je en wie hindert je?”
Omslag samen vormgeven
Een mooi voorbeeld is volgens Coen een boer die natuurinclusief wilde gaan ondernemen en aanliep tegen beperkingen op het gebied van waterbeheer. “Hij gaf aan het waterschap en een drinkwaterbedrijf nodig te hebben om zijn plannen te kunnen realiseren. Vervolgens koppelden we de ondernemer aan deze partijen en lieten ze met elkaar in gesprek gaan. Dit resulteerde in een doorbraak: de partijen gingen samen aan de slag om de plannen van de boer mogelijk te maken en investeringen op het bedrijf binnen het systeem terug te verdienen. Ze gaven de omslag uiteindelijk samen vorm.”
Ieders rol in het geheel
Centraal in deze aanpak staat dus de rol van iedere partij in het geheel. Coen: “Verduurzaming stopt niet bij de grenzen van het boerenbedrijf. Het maken van een omslag lukt alleen als alle betrokken partijen meedenken en hun verantwoordelijkheid nemen. De meerwaarde van HAS Hogeschool is dat wij in staat zijn de verbinding tussen partijen tot stand te brengen en samen richting te bepalen. Daarnaast werken we niet alleen met voorlopers, maar ook juist met de vernieuwende krachten binnen gevestigde bedrijven en organisaties." Het consortium is inmiddels uitgebreid met partners als NAJK, LTO-N, Natuur- en Milieufederatie NH. Daarnaast worden momenteel 4 afstudeerprojecten en aanvullend onderzoek uitgevoerd die werken met deze aanpak.
Vervolgprogramma
De subsidie voor het huidige innovatieprogramma loopt in augustus 2021 af, maar er zijn plannen voor een vervolg. “Na het opstellen van de toekomstscenario’s met bijbehorende casuïstiek, zetten de samenwerkingspartners met een nieuwe subsidieaanvraag in op het door-ontwikkelen, verbreden en verder uitrollen van de aanpak. Netwerkvorming en partnerschappen sluiten staan hierbij centraal. Daarnaast is het belangrijk dat de werkwijze niet alleen voor doorbraken en daarmee voor impact zorgt, maar dat het ook kennis oplevert door de komende jaren nieuw onderzoek mogelijk te maken”, aldus Coen.