Om de internationale handelspositie te verbeteren, wil de Keniaanse regering investeren in onderwijsprogramma’s voor kleine boeren. Met financiële ondersteuning van de NABC (Netherlands- African Business Council) werd een project opgezet om de melkproductie van small scale farmers te verhogen. HAS Hogeschool werd door hoofduitvoerder Q-point gevraagd een weekcursus ‘Training of Trainers’ te verzorgen. Docenten Gert-Jan Duives en Jan Buwalda vlogen naar Eldoret om de cursus te verzorgen.
Kleine boeren onderwijs geven
Gert-Jan: “De cursus werd opgezet voor trainers die kleine boeren praktisch onderwijs moeten geven. Uiteindelijk zou dit moeten leiden tot een verhoging van de melkproductie en melkkwaliteit. De groep was divers: 12 mannen en 2 vrouwen met in leeftijd variërend van 22 tot 50 jaar. Samen hebben we eerst geïnventariseerd welke kennis en kunde de kleine boeren zouden moeten bezitten. Op basis daarvan is een lesprogramma ontwikkeld met bijbehorende didactische methoden, gericht op verbetering van specifieke kennis en vaardigheden.”
Creativiteitsworkshop
“Dan zie je al gauw dat onderwijsplannen op papier meestal niet overeenkomen met de werkelijkheid,” vertelt Jan. “Onze cursisten kenden alleen traditionele lesmethodes: een leraar voor het schoolbord, die vertelt hoe het moet. Dan komen wij opeens met praktijklessen, groepsoefeningen en feedback geven. Dat is voor de meesten een enorme omschakeling.” Om de trainers te helpen het geleerde over te brengen op kleine boeren, gaf Jan een creativiteitsworkshop. Hierin werden tips en tricks gegeven waarmee ze de aandacht langer konden vasthouden.
Kennismaken met Nederlandse manier van lesgeven
De kennismaking met onze Nederlandse manier van lesgeven, voelde nog wat oncomfortabel. “Toch hebben we in korte tijd veel bereikt”, meent Gert-Jan. “Het was mooi om te zien met hoeveel enthousiasme en gretigheid de trainers onze kennis opnamen. Inhoudelijk hebben we ons geconcentreerd op een paar basis onderwerpen: voeding en farm management. Om de melkproductie te verhogen, wordt in Kenia het liefst geïnvesteerd in hoogproductieve rassen. Maar zonder goede voeding en management kunnen die geen hoge productie halen.”
Kracht van de toepassing
Aan het eind van de week werd de cursisten gevraagd het geleerde aan de groep te presenteren. Het was leuk om te zien dat een aantal deelnemers het geleerde al konden toepassen. SNV, een Nederlandse ontwikkelingsorganisatie met coördinerende rol in de ontwikkeling van de Keniaanse melkveehouderij, was erg enthousiast en zou de HAS vaker willen inzetten. “HAS Hogeschool heeft een belangrijke rol binnen soortgelijke projecten, vanwege onze agrofoodspecialisatie en onze praktische benadering”, verklaart Gert-Jan. “Juist aan die praktijktoepassing is in deze landen een enorme behoefte.”